‘Meneer, mag ik u iets vragen ?’. Ze stond schuin voor me. Een wat oudere vrouw met in haar hand een scheef gevouwen stuk papier wat ze met behulp van een aan hulpkettinkjes gemonteerde zwarte bril probeerde te lezen.

‘U mag mij iets vragen mevrouw’, zei ik vriendelijk. ‘Als het maar niet om geld is, want dat heb ik niet’. Een flauw grapje natuurlijk. Ze boog haar hoofd iets zodat ze over haar bril heen kon kijken. Dat zie je wel vaker dat mensen dat doen. Dan hoeven ze hun leesbril niet af te zetten en kunnen ze je toch gewoon zien.

‘U maakt een grapje’, zei ze. En dan op zo’n toon dat ik een licht blosje voelde opkomen.

‘Wat kan ik voor u betekenen mevrouw ?’, riep ik wat overdreven duidelijk ten teken dat het grapje genoeg persoonlijke imagoschade had toegebracht en het nu tijd werd voor het serieuze werk.

‘Kunt u mij vertellen wat dit ding hier moet voorstellen ? Ik kan het namelijk niet in de VVV brochure terugvinden’. Ze prikte met haar wijsvinger in de lucht richting de Holle Kies die al jaren op de hoek stond en waarvan veel inwoners het oorspronkelijke doel inmiddels al lang waren vergeten.

‘Dat is een lastige vraag mevrouw’, zei ik.

‘Wat is er lastig aan deze vraag ?’, vroeg ze. ‘Gaat het om de wijze waarop ik het vraag, maak ik een fout in de vraag, of weet u gewoon het antwoord niet’. Ze keek nog steeds van over haar bril. En ze had de strengheid van een schooljuf die bezig was met een overhoring en de indruk kreeg dat de materie niet werd beheerst.

Ik lachte een beetje. ‘O nee, uw vraag was duidelijk genoeg. Ik moet alleen even terugdenken waarom dit onooglijke ding er is neergezet’.

‘Ik weet niet of hij onooglijk is’, antwoordde ze. ‘Hij zal er met een doel staan, en zodra ik dat weet kan ik voor mijzelf oordelen of hij past binnen het gestelde doel en er dan pas een kwalificatie aanhangen. Voor u is hij onooglijk, dat betekent dat u het doel kent en op grond daarvan uw conclusie trekt’.

Goedemorgen, deze tante was er één die je niet zo maar met een kluitje het riet in kon sturen. Mij werd even de les gelezen. Ik voelde me dan ook wat opgelaten en het liefst zou ik zo snel mogelijk de Grutstraat inrennen.

‘Ze noemen hem de Holle Kies, het is een kunstwerk en inwoners kunnen de eronder hangende lampen via hun computer thuis laten kleuren naar hun gemoedstoestand van dat moment’.

Ze vouwde de folder nu open, duwde haar leesbril op zijn plek en scande in een razende vaart de onderwerpen. Vervolgens draaide ze hem om en vouwde hem toen weer dicht.

‘Ik snap er niets van. Een kunstwerk. En wat is dan het nut van die lampen ? Doet de gemeente daar dan iets mee ?’. Ik haalde mijn schouders op. ‘Geen idee’.

‘Ik kan me zo voorstellen dat als de burgers ontevreden zijn over de gemeente dat hij knetter rood gaat schijnen’, riep ze. ‘Helaas mevrouw, rood geeft het signaal dat er verliefdheid hangt over de stad’, verklaarde ik zo goed mogelijk.

‘Hahaha, wat een systeem zeg. Verliefdheid. Nou goed. Ik zal u een plezier doen: ik noem het vanaf nu ook een onooglijk ding. Hahaha, verliefdheid, hoe verzin je zoiets’. Ze schudde haar hoofd en liep naar het volgende item.

Terwijl ik de Grutstraat inliep maalde het nog wat door. Wellicht zijn die kleuren een leuke invulling voor de aanstaande verkiezingen. De politieke voorkeur van een groep inwoners testen. Rood is socialistisch, groen is christelijk, oranje is liberaal en tot slot dan zwart voor de betere populist.

Alhoewel, zwart…. dat laat geen spoortje licht door en zie ik in de toekomst ook op geen enkele wijze schijnen…

Bart

Copyright Brompot februari 2017.

Powered by WPeMatico

Share

Related Post

Leave a comment

Close
Please support the site
By clicking any of these buttons you help our site to get better