Iedereen maakt het wel eens mee: je loopt op een trottoir en voor je loopt de medemens met een nét iets te laag tempo. Je wilt er wel voorbij maar dan moet je vanwege de te smalle stoep uitwijken richting fietspad wat op dat moment te druk is. Je moet je dan maar inhouden en hopen dat je er op een rustig momentje alsnog langs kunt.

Gisteren liep ik op zo’n smalle stoep strak achter een tweetal dames die op hun gemakje bezig waren hun lunchpauze vol te drentelen. Ik concludeerde dat uit een aantal feitjes die mij zo opvielen. Zo bengelde bij de linkse dame een lunchzakje brood uit haar iets te lange mouw en droegen beide dames een donkerblauw jack met op de rugzijde de bedrijfsnaam. Zo ontdekte ik dat ze bij de firma “Kunst” werkten. Een bedrijf in gesneden soepgroente.

Na één minuut was voor mij de soepgroente wel gaar, maar kon ik er toch niet langs. Enerzijds vanwege de drukte op het fietspad en anderzijds vanwege het simpele feit dat ze toch iets teveel snelheid hadden. Het zou betekenen dat ik dan ná de inhaalmanoeuvre zelf flink door moest lopen om niet op de hakken te worden getrapt. Je voelt je dan meteen opgejaagd. Ik besloot toch maar de voet van het gas te halen en noodgedwongen achter de dames aan te sukkelen en deelgenoot te worden van nietszeggende lunch-bepperij.

‘Toch is Jan een raar mannetje, vind je niet?’
‘Ja, ik weet het niet, ik krijg geen hoogte van hem. Hij heeft zo’n last van stemmingswisselingen.’
‘Dat viel mij ook op. Is hij getrouwd?’
‘Ik heb geen idee. Hij heeft geen trouwring.’
‘Dat mag ook niet. Hij staat bij de snij.’
‘Hij heeft wel hele grote handen.’

De rechtse dame had blijkbaar de rits van haar jas losgeritst want opeens werden er twee cruciale letters aan het zicht onttrokken en leek het alsof de naam was getransformeerd tot een drie-letter opvatting over de werkgever.

‘Hahaha, ja ja. Mijn nicht zegt altijd dat de grootte van de handen van een man iets zegt over….’ Er knetterde een snorfiets voorbij.
‘Nou, dat klopt echt niet. Neem mijn Theo…’ Ze moesten hartelijk lachten.

‘Ik vind het een beetje een vies mannetje.’
‘Hoezo? Heb je wat ontdekt?’
‘Als hij praat dan kwijlt hij.’
‘Toch niet bij de snij?’
‘Nou ja, dat denk ik wel. En dan die grote enge handen van hem…’
‘En hij is constant verkouden.’
‘Komt door de kou in de hal.’
‘Jawel, maar echt hygiënisch is het niet. Dat genies en die zakdoek van hem…’

‘Hoe laat is het trouwens?’ Ze keek op haar horloge.
‘Oei, we moeten opschieten. Nog vijf minuten.’
De dames gaven nu gas en boden mij de vrije eigen-tempo-ruimte.

Ik stond nog even stil bij de “Jan van de snij”.
Voorlopig geen soep.

Bart

Powered by WPeMatico

Share

Related Post

Leave a comment

Close
Please support the site
By clicking any of these buttons you help our site to get better