‘Schat, even een mededeling: ik ga morgen een dagje met Mia van der Beek op pad. We gaan eerst naar de stad, daarna hier lunchen en vervolgens naar de braderie.’

‘En ik dan?’ 
‘Jij? Je vermaakt je toch wel? Zorg jij voor een aangeklede lunch.’ Ze keek gevaarlijk blij.
‘Mia is toch die groen uitgeslagen wollen sok in die uitgezakte Jesse Klaver tuinbroek?’
‘Bart, ze is aardig en ik verwacht van jou volwassen gedrag.’
‘Twijfel je daaraan?’ Ze slaakte een diepe zucht.
‘Mia is nu eenmaal een beetje apart. Maar zoals gezegd heel aardig.’
‘Goh Bart, wat hebben jullie een mooie kerstboom!’, riep Mia de volgende dag toen ze de kamer binnenliep.
‘Ja hè’, blaatte ik braaf. Wij houden van natuurlijk groen in huis.’
‘Het is wel een kunstboom, toch?’, stelde ze vast.
‘Ja, dat vinden wij verantwoord. Dat kost eenmalig een Co2 uitstootje. Elk jaar een nieuwe boom uit het bos rukken kost meer!’ Ik vond dat ik goed op de groene koers lag.
‘Dat zou nog wel eens kunnen kloppen ook’, lachte ze.
‘Kom, we gaan aan tafel. Ik heb koffie van Multatuli, thee van een vrouwencollectief uit Sri Lanka of melk van de campina. Zeg het maar.’ Ik bleef verwachtingsvol staan. Het werd groene thee van de Appie
‘Was het leuk in de stad?’, informeerde ik quasi belangstellend.
‘Ja, heel leuk. We hebben echt leuke dingetjes gezien, hè Mi?’, vond mijn echtgenote.
‘En nu vanmiddag nog naar de braderie? Jullie zijn er maar druk mee’, lachte ik. ‘Nog een dreug roggebroodje, “Mi”?’ 
‘Nee, ik moet een beetje aan mijn gewicht denken.’ 
Nou, dat hoefde ze naar mijn bescheiden mening niet zelf te doen, daar hadden anderen wel een opvatting over.
‘We hebben leuke dingetjes aangeschaft voor mijn werk, Bart.’
‘Wat doe je? Iets sociaals?’ Ik gokte maar wat.
‘Ik werk in de kinderopvang. We hebben leuke houten streekspeeltjes gekocht.’ Ze keek tevreden. Ik wist niet goed wat ik me daarbij voor moest stellen, maar goed.
‘Bij de wereldwinkel’, verduidelijkte ze. 
‘Ja, het is echt belangrijk dat we aan de streek denken’, hoorde ik mijzelf zeggen.
‘Inderdaad, de ontwikkeling van de plaatselijke economie is heel belangrijk.’ 
‘Zo is dat, “Mi”. Wij doen er hier van harte aan mee’, lachte ik.
‘Wij?’, hoorde ik mijn echtgenote geiten.
‘Jazeker schat. Dit potje jam is van de Appie uit de Kerkstraat, de hagelslag komt van de Lidl op het plein, de kaas van de DEKA en de bordjes van de tien kilometer verderop gelegen Ikea.’
Bart.

Powered by WPeMatico

Share

Related Post

Leave a comment

Close
Please support the site
By clicking any of these buttons you help our site to get better