‘Wat eten we vanavond?’, vroeg mijn echtgenote. ‘Ik moet boodschappen doen.’
‘Je overvalt me. Ik heb er nog niet over nagedacht.’
‘Het is zaterdag, iets gemakkelijks?’, stelde ze voor.
‘Ik snap nooit zo goed waarom het op zaterdag iets “gemakkelijks” moet zijn’, vroeg ik mij hardop af.
‘Omdat ik ook weekend heb.’
‘Je vindt koken toch leuk? Dat zei je nog met kerst tegen je moeder.’
‘Ja natuurlijk zei ik dat. Anders had ik haar de hele dag als hulp in de keuken gehad. Ze heeft van die ouderwetse ideeën.’
‘Zoals?’ Ik was nieuwsgierig.
‘Ze is nog van de generatie dat alles moet worden doodgekookt.’
‘Doodgekookt?’
‘Ja, groente opzetten en koken. Totdat het mos en mosgaar is.’
‘Is ook een methode’, zei ik.
‘Maar je kookt dan ook de vitamines dood. Dan hebben verse groenten geen zin.’
‘Maar ze kookt wel goddelijke ballen.’
‘Die kook je niet, schat’, zei ze.
‘Nee, die braadt je in de juspan.’ Ik kon me dat nog van vroeger thuis herinneren.
‘Hapjespan. Ik merk dat jij er geen verstand van hebt.’
‘Mijn moeder braadde de ballen in de juspan.’
‘Hapjespan.’
‘Juspan.’ Ik hield vol. ‘Vroeger had je geen hapjespan.’
‘Mama doet er teveel paneermeel in. Is niet zo lekker.’
‘Ze zijn heerlijk’, herhaalde ik. Mijn mond lekte.
‘Je kwijlt.’
‘Dat is water. Dat heb ik als ik aan die ballen denk.’
‘Nu weet ik nog niet wat we vanavond eten.’
‘Je zei iets gemakkelijks’, hielp ik haar herinneren.
‘Ja, maar iets gemakkelijks wat jij ook lust.’
‘Andijvie met een balletje?’
‘Lieve schat, dan sta ik nóg een uur in de keuken. Heb ik geen zin in.’
‘Ik wil je best helpen, hoor. Doen we het samen. Voor jouw gemak.’ Ik keek haar aan.
‘Waarom kijk je mij nu aan?’, vroeg ze.
‘Je vergeet te zeggen dat je koken leuk vindt.’

Bart

Powered by WPeMatico

Share

Related Post

Leave a comment

Close
Please support the site
By clicking any of these buttons you help our site to get better