De nieuwe auto

‘En, hoe vind je der?’, hoorde ik iemand door het geopende portierraam roepen. Ik stond net buiten te vegen en draaide mij om. Het bleek Jonas van 11A te zijn.

‘Ha Jonas, heb je een nieuwe vrouw?’
‘Nee, een andere auto!’
‘O, ik dacht dat een auto mannelijk was. Maar blijkbaar is dat bij deze niet zo. Maar eh, mooi karretje’, zei ik terwijl ik een rood Renaultje Modus aanschouwde.
‘Ja hè, hij is van een oud mannetje geweest en die was er helemaal verliefd op’, lachte hij.
‘Dan snap ik het’, doelend op zijn vraag.
‘Ja, hij stond bij de dealer. Was ingeruild op een scootmobiel.’
‘Zo’n rijdende bureaustoel?’, vroeg ik.
‘Ja, zijn kinderen vonden het rijgedrag van Paps te gevaarlijk worden. Hij reed met vijftig over de snelweg.’
‘Haalt zo’n Modus toch nog de vijftig?’
‘Deze haalt met gemak honderdvijftig kilometer.’
‘Per dag’, lachte ik.
Ik liep nu een rondje om de voituur, schopte een keer technisch tegen de bandjes, en drukte wat op de motorkap.
‘Geen spoortje roest hè!’, riep hij terwijl hij een keer op het gaspedaal trapte. De motor ronkte en kwam daarna weer tot rust. 
‘Hij loopt wel mooi en ik zie geen rook.’
‘Nee joh, hij is Toppie Joppie in orde. En hij heeft ook nog een nieuwe APK en een beurt gehad.
‘Kijk, dat is het betere werk. Uit welke eeuw stamt hij?’, vroeg ik terwijl ik het kenteken bestudeerde.
‘Hij is van tweeduizendvijf. Zeventien jaar. Hoezo?’
‘Nou, ik zie zowel in de voor als achterbumper parkeersensoren. Heel bijzonder voor zo’n karretje uit die tijd.’
‘O, maar die zijn niet origineel hoor.’
‘Niet?’, vroeg ik.
‘Nee, er extra in laten zetten. Mijn Ans gaat er namelijk ook mee rijden.’
Bart

Powered by WPeMatico

Share

Related Post

Leave a comment

Close
Please support the site
By clicking any of these buttons you help our site to get better