Brompot’s korte campingverhalen.(55)

Meuren…

‘Heb jij net je anaalklieren laten uitknijpen of zo?’, vroeg Bert aan Hendrik. Ze stonden op het punt met de barbecue te beginnen.
‘Ik niet. Jij?’, vroeg Hendrik aan Arend.
‘Het stinkt inderdaad. Ik denk dat Wim het weitje voor zijn huis aan het gieren is’, veronderstelde Arend.
‘Dat kan ik me niet voorstellen. Waar moet hij de gier vandaan halen? En dan, met zo’n grote giertankwagen op zo’n postzegeltje. Dat past niet. Of boerin Annie moet de mest hebben geleverd.’ Bert trok er een vies gezicht bij.

‘Is dat vlees wel goed, Truus?’, vroeg Hendrik. ‘Het meurt hier enorm.’
‘Het vlees komt vers van de Appie uit het dorp. Mankeert er niet iets aan je bovenlip? Kom op mannen, aan tafel. En jij Arend, jij mag de barbecue bestieren vanavond.’
‘Nou, ik laat de eer graag aan Bert. Het is jullie setje…’
‘Dan wordt de meur nog erger dan hij nu is. Behalve een strontgeur ook nog die van aangebrand vlees.’

‘Heu, luu, gooiavend.’ Boer Wim kwam na een half uurtje barbecueën aangewandeld.
‘Hé, wat is er met jou gebeurd, Wim? Wat zie je eruit!’ Hij bleef bij de barbecue staan. Zijn overall zat vol natte plekken, zijn haren piekten van alle kanten en zijn gezicht zat vol modderachtige strepen.

‘Joh, ik wol ow waarschauwen dat de rioolpiep is geknap. Jullie meugt niet op de deus. Ik möt hem marregen eerst verneien.’
‘Kunnen we niet naar het toilet?’, vroeg Alie.
‘Neu, noe effen nie. Moar ow het toch allemaal een eigenste deus?’
‘Wat bedoelt hij?’, vroeg Lies.
‘Of je zelf een doos hebt’, fluisterde Truus in haar oor.’

‘Dus daarom stinkt het hier zo’, riep Alie.
‘Joh, dat klöpt’, zei hij. ‘Dat sieht er trouwes good uut’, riep hij lachend terwijl hij op de barbecue wees. ‘Doar krieje hönger van.’
‘Ook een karbonaatje, Wim?’, vroeg Arend.
‘Joh, da liek mien wel wa’, zei hij na een kort nadenkmoment. ‘Heb ie iets van een duukske?’
‘O ja hoor’, lachte Arend en gaf spontaan de vaatdoek die onder de tafel lag. Hij wreef zijn handen af.
‘Dat was dan even flink graven’, veronderstelde Hendrik. ‘Tenminste als ik zo naar je overall kijk.’
‘Ja, da was zwoar wark. Moar da was niet het argste’, lachte hij.
‘O, kan het nog erger?’, vroeg Truus.

‘Joa. De piep zat vurstopt. En toen ik met de schup in de groand stak, stak ik in de piep. Door de druk spöt alle strönt in het rönd’, riep hij. ‘Moar ik mut zagge: het karbonutje smekt fantastisch.’

Bart

Powered by WPeMatico

Share

Related Post

Leave a comment

Close
Please support the site
By clicking any of these buttons you help our site to get better