Ik was onlangs uitverkoren voor het uitvoeren van een simpele opdracht: “ga naar de winkel en haal twee roombotercakes”. Er was wel een kleine hindernis ingebouwd want de winkel lag in Heerenveen, een kleine honderdvijfendertig kilometer boven Doetinchem.

Normaal gesproken zou je niet zo snel naar Heerenveen gaan, of je zou een echt dwingende redenen moeten hebben. Ik denk dan aan iets van een begrafenis, een erfenis of wellicht een elfstedentocht. Alhoewel dat laatste feit niet aan de orde is. Heerenveen beschikt weliswaar over een ijsbaan maar maakt verder geen onderdeel uit van de befaamde elf steden.

Nee, ik werk in Heerenveen. En dat is de reden dat ik daar regelmatig rondzwerf en in de rol van een soort van zendeling probeer nog wat westerse invloeden in te brengen. Ik kan daar overigens kort over zijn: Dat lukt niet. De gemiddelde Heerenveense Fries is dermate stijf dat hij bij de eerste de beste poging om hem buigzaam danwel flexibel te maken, afknapt. En dan bij de enkels zodat zelfs een elfstedentocht hem niet meer op been kan brengen.

Verder zijn het prima mensen en is het na enig inburgeren goed toeven.

Terug naar de cakeopdracht. Ik stapte in de auto en reed naar een plaatselijk winkelcentrum ergens in de stad. Nadat ik voor zestig cent een parkeerplek had gehuurd, liep ik een Duitse winkel binnen. Het was er behoorlijk druk en het was dan ook even dringen en zoeken, maar uiteindelijk had ik twee cakes in mijn hand en toog naar de kassa.

En daar sta je dan. Eén kassa open, een peloton van minimaal vijftien Friezen voor en achter je met evenveel overladen boodschappenkarren. Aan de kassa een blond meisje. Opeens klonk er uit het niets een dingdong, gevolgd door een versterkt geluid wat uit het mondje van het meisje kwam. Het galmde in voor mij onverstaanbaar Fries door de winkel. Ik was inmiddels opgestoomd naar het begin van de kassaband toen het kind wederom begon te praten. En opnieuw onverstaanbaar.

Er gebeurden nu drie dingen.

-Een roodharige Fries, gestoken in een duits winkelpakje kwam aangelopen.
-Het blonde kind gaf hem een sleutel van kassa twee.
-Er stond plotseling niemand meer achter mij. Die hadden het wel verstaan en stonden nu in de korte rij voor kassa twee.

Toen ik uiteindelijk aan de beurt was, heb ik een psalm gezongen uit de achterhoekse bijbel. Het ging over een “blond deerntje” Ze begreep me niet en laat ik het maar zo zeggen: dat was ook precies mijn doel. Vervolgens ben ik nijdig de winkel uitgelopen.

Nu was dit voor mij niet de eerste keer. Het is mij al eens vaker overkomen.

Zo ging ik ooit aan het werk bij een technisch bureau aan de Heelweg. Ik kreeg volgens afspraak op de eerste werkdag een opleiding en die bestond uit het volgen van de baas om langs deze weg alle acties in mij op te nemen.

Ik liep dus de hele dag braaf achter hem aan en ik vond het eigenlijk allemaal heel leerzaam. En hij vond mij wel een prettige leerling. Tot op het moment dat hij aangaf dat hij een “bultje moest drieten” en ik in het kader van mijn opleiding in beweging kwam om ook deze bijzondere activiteit tot mij te nemen.

De opleiding werd voor de toiletdeur abrupt beeindigd. Aan de prettige relatie is daarna best snel een eind gekomen.

Bart

Copyright Brompot Maart 2017

Powered by WPeMatico

Share

Related Post

Leave a comment

Close
Please support the site
By clicking any of these buttons you help our site to get better