‘Weet u misschien hoe laat het is?’, vroeg een bejaarde dame die naast mij op een bankje zat in het park. Ik vermoedde dat ze in één van de nabijgelegen bejaardenwoninkjes woonde en voor wat aanspraak met enige regelmaat op dit bankje plaatsnam. Het vragen naar de tijd was waarschijnlijk een beproefde methode om in gesprek te raken.

‘Ik heb geen idee mevrouw’, zei ik. ‘Ik heb geen horloge om. Maar ik vermoed zo tegen half drie’.
‘Heeft u geen telefoon bij u?’, vroeg ze.
‘Een telefoon? Hoezo, moet u bellen?’
Ze schudde haar hoofd. ‘Nee, maar volgens mijn schoonzoon heeft zo’n ding tegenwoordig ook een klok’.

Ik moest even nadenken.

‘Inderdaad, u heeft gelijk. Eens even kijken’. Ik ging even wat scheef zitten om met mijn rechterhand mijn smartphone uit mijn achterzak te trekken.

‘En?’, vroeg ze.
‘Even, een momentje hoor. Ik moet hem eerst van het slot halen’.

‘Mijn schoonzoon heeft er geen slot opzitten. Heeft u er een sleutel bij dan ?’.

Ik moest lachen. ‘Nee, met een sleutel bedoelen ze een code’. Ik typte de code in waarna het schermpje oplichte.
‘Het is precies half drie. Zat ik er toch niet ver naast’.

Ze knikte en boog zich iets in mijn richting.
‘Dat is een mooi toestelletje’, merkte ze op.

‘Nou ja, laat ik het zo zeggen: hij doet het. Maar mooi is iets anders’.

‘Kun je er ook foto’s mee maken? die van mijn schoonzoon kan dat namelijk wel’.
‘Deze ook hoor’. Ik hield hem in haar richting en deed alsof ik een foto maakte.
Ze ging er echter goed voor zitten.

‘En is het wat?’, vroeg ze toen.

‘Hahaha, ik deed nét alsof hoor’.
‘O, maar klikt u maar hoor. Wacht even, dan ga ik goed zitten’.

Ze draaide zich ietwat, drukte met haar hand haar grijze krullenhoofd wat in model, duwde haar bril wat op en legde haar handen op schoot. Vervolgens rechtte ze haar rug en trok een enorme glimlach.

Ik schoof iets van haar af totdat ze volledig in beeld was en drukte toen op het scherm.

‘Heeft ie geklikt’, vroeg ze.
‘Ja’, zei ik en bekeek het plaatje. Hij was nog aardig gelukt ook. Ik liet hem zien.

‘U kunt goed fotograferen. Mooi’, voegde ze eraan toe.
‘Kun je zo’n foto ook gemakkelijk versturen ?’, vroeg ze toen.

‘Hoezo ? Wilt u meedoen aan de miss Holland verkiezing?’, lachte ik.
‘Nee, dat niet, maar het is zo’n leuke foto. Ik denk dat mijn dochter hem graag zou willen hebben’.
‘O, maar ik kan hem zo versturen hoor. Maar dan heb ik wel haar mobiele nummer nodig’.

‘Die heb ik’, zei ze.
Ze zocht even in haar handtasje om vervolgens met een nummer op een papiertje op de proppen te komen.
‘Dit is zijn nummer, van mijn schoonzoon’.

Ik nam het over en koppelde hem aan de whats-ap. Vervolgens maakte ik een berichtje met uitleg aan met als bijlage haar foto.

Ik las hem aan haar voor. ‘Hoi, ik ontmoette uw schoonmoeder en die vroeg of ik een foto kon maken en naar u en haar dochter wilde doorsturen. Wel  bij deze met de groetjes uit Doetinchem’.

Ze ter instemming haar duim op.

‘Wel, daar gaag ie dan’. Ik drukte op het schermpje en hij werd verzonden.

‘De techniek staat toch voor niets tegenwoordig’, merkte ze vrolijk op.
‘Ja’, blaatte ik, ‘nog niet zo kang geleden moest je voor zoiets naar de fotograaf en naar het postkantoor. Ze knikte.

Ondertussen keek ik naar het schermpje en zag twee blauwe vinkjes achter het bericht verschijnen ten teken dat ze het hadden gelezen.
‘Nou, ze hebben uw foto binnen hoor’, lachte ik. ‘En ze typen ook een berichtje terug’.

‘O, en wat schrijven ze ?’, vroeg ze nieuwsgierig.
‘Ze zijn nog bezig. Duurt altijd even’.

Toen verscheen het bericht.

‘Beste verzender, wilt u zo vriendelijk zijn en mijn schoonmoeder uitleggen dat ze nu eindelijk op moet houden met het versturen van foto’s. Ze spant iedereen voor haar karretje en dit is inmiddels foto vierentachtig die we deze maand van haar op dat kutbankje hebben ontvangen. Ze kan er nog vijfduizend sturen maar ons besluit staat vast: deze bemoeizuchtige intrigant komt ons huis nooit meer in’.

‘En ?’, vroeg ze.
Ik dacht twee tellen na en stond op.
Toen:  ‘U moet de groeten terug hebben, ze vinden het een leuke foto en ze houden heel erg van u’. 

‘Ik wens u trouwens nog een prettige middag’.

Ik knikte een keer beleefd en maakte me voordat ze iets kon zeggen uit de voeten.

Bart

Copyright Brompot augustus 2017

Powered by WPeMatico

Share

Related Post

Leave a comment

Close
Please support the site
By clicking any of these buttons you help our site to get better