De reis…

‘Heb jij nog aan de vuilnisbak gedacht?’, vroeg Truus.
‘Goh nee, ik zat wel aan je moeder te denken. Hoezo vuilnis?’ Ze reden net over de Duitse grens.
‘Nou, dat staat dan lekker te meuren komende maand. Zullen de buren blij mee zijn.’
‘Je hebt ze toch voor de plantjes gevraagd?’, vroeg Bert.
‘Jawel, maar het is de vraag of ze ook aan de vuilnis denken.’
‘Stuur je een appje.’ Bert zag geen probleem.
‘En ik ben ook nog vergeten de laatste melk op te drinken. Het pak leegmaken’, verduidelijkte ze. ‘Staat nog in de koelkast.’
‘Ook appen’, adviseerde hij.
‘Verder nog iets in je hoofd geschoten wat je vergeten bent mee te nemen?’, vroeg hij.
‘Nee, maar we zijn ook nog maar net onderweg. Dat komt vast nog wel.’

‘Ik word niet goed van jullie vrouwen. Elke vakantie hetzelfde liedje. Waarom maak je dan ook geen lijstje.’ Ze keek hem aan.
‘Weet je eigenlijk wel waar ik allemaal aan moet denken?’, vroeg ze boos.
‘Wat dacht je van mij?’
‘Kom op Bert. Die vijf dingen waar jij aan moet denken.’ Hij gaapte.
‘Heb je slaap of zo?’, vroeg ze. ‘Je gaapt nu al. En het is pas negen uur. We zijn nog geen uur onderweg.’
‘Hallo, ik heb nogal slecht geslapen. Jij lag de hele tijd zenuwachtig te doen. Om knettergek van te worden.’
‘O ja, geef mij maar weer de schuld. Jij snurkt. Daar kon ik niet van slapen.’
‘En zo ligt de fout weer bij mij’, grinnikte Bert.

‘Ik moet toch echt vijf minuten stoppen, schat’, riep hij een uurtje later. ‘Rondje om de auto wandelen want mijn ogen…’ Hij reed een parkeerplaats op.
‘Doe ze dan dicht. Dat help echt’, zei ze.
‘Misschien wel. Ik draai de poten er onder.’ Hij opende de kofferbak, trok de accuboor eruit en draaide de achtersteunen onder de caravan.
‘Wat ga jij doen?’, vroeg hij half staand in de deuropening.
‘Ik zoek wel een zandbak.’
‘Kom ook effe’, nodigde hij haar uit. Ze aarzelde maar pakte toen haar handtas, sloot de auto af en vijf minuten later lagen ze in diepe rust.

‘HALLO, IST DA JEMAND, HALLO!!!!’ klonk het, gevolgd door een paar zware roffels op de caravandeur. ‘AUFMACHEN!!! HALLO!!!!’

Bert schoot overeind en Truus begon van schrik te gillen. Snel opende hij de deur en keek recht in het knalrode gezicht van een rasechte polizist. Zijn groene pet lag strak in model en zijn ogen puilden als mitrailleurnesten uit zijn glimmende hoofd. Klaar om vuren.
‘Wat is er gloeiende gloeiende aan de hand?’ ‘Was ist los?’
‘Sie stehen hier seit heute morgen. Sie dürfen hier nicht campen.’
‘Hoezo durf ik dat niet. Sukkel.’ Bert werd nu pissig. ‘Rustig Bert’, fluisterde Truus.
‘Hoe laat is het eigenlijk. Kijk eens?’

‘Bert, hij heeft gelijk. Het lijkt inderdaad op kamperen: het is namelijk al half vijf in de middag….’

Bart

Powered by WPeMatico

Share

Related Post

Leave a comment

Close
Please support the site
By clicking any of these buttons you help our site to get better