‘Het is soms toch vreemd volk, die Fransen’, riep Bert terwijl hij een stokbrood op tafel deponeerde.
‘Ben je er nu ook eindelijk achter?’, vroeg Truus. Ze zat voor de caravan aan het gedekte ontbijttafeltje te wachten op Bert die in het campingwinkeltje het bestelde brood had gehaald.
‘Nou ja, dat wist ik natuurlijk al langer, maar er komt steeds weer een dingetje bij.’
‘Vertel’, nodigde ze hem uit.

‘Je kent dat blonde grietje toch wel? Bij de receptie?’
‘Ja, dat magere dingetje. Waarvan jij altijd voorspelt dat ze bij de eerste de beste windvlaag bij de enkels afbreekt.’
‘Juist, dat is ze’, bevestigde Bert.
‘En toen?’, vroeg Truus.’
‘Staat ze dat brood uit te geven, komt de tuinman de receptie binnen gelopen. Hij is hartstikke vies, stinkt naar oud zweet maar loopt zonder blikken of blozen langs de rij naar voren en wat denk je?’ Hij keek Truus aan.

‘Dat zal ik raden, Bert. Let op. Het blonde grietje laat het brood uit haar handen vallen en kust de tuinman. Die verandert spontaan in een prins waarna hij haar voorzichtig optilt en in zijn armen neemt. Een koortje volendamse nachtegalen, onder leiding van Annie Schilder, landt op de balie en zingt een prachtig romantisch lied. Ze snellen de deur uit, hij springt op zijn wit geschilderde paard, trekt haar aan haar arm mee op het zadel, geeft het paard de sporen en samen galopperen ze de camping af. En jij staat je ondertussen bont en blauw te ergeren omdat je op je flûutje staat te wachten en niemand je wil helpen. Zoiets was het toch?’, lachte ze.
‘Het klopt voor een klein stukje. Tot en met de kus’, zei Bert. ‘Maar snap jij Truus, dat ze elkaar elke ochtend moeten kussen? En dan zo’n ongelikte beer met zo’n leuk fris dingetje? Ik vind het raar.’

‘Zo gaat dat nou eenmaal in Frankrijk, schat. Cultuur.’
‘Jawel, maar Frankrijk is toch ook Europa? Dan stem je de boel onderling toch een beetje op elkaar af?
‘Bert, doe niet zo raar. Laat die mensen toch.’
‘Ik moet er toch niet aan denken, Truus, dat ik vroeger op mijn werk eerst iedereen had moeten kussen. En dan die secretaresse met haar harige pukkel. Vreselijk. Nee, die Fransen blijven in mijn ogen een vreemd volk.’

‘Há zwagertje en zus’, hoorden ze achter zich. Tiny kwam aangelopen.
‘We hebben geen kopjes suiker te leen en ook geen melk’, grapte Bert.
‘Morgen zusje.’ Truus stond op en gaf haar een kus.
‘Kijk, dat bedoel ik nou’, riep Bert. ‘Het is toch onzin om elkaar steeds te kussen?’
‘Hoezo?’, vroeg Tiny verbaasd.
‘Bert was vanmorgen brood halen en zag dat de tuinman het blonde meiske van de receptie kuste. En dat doet ze blijkbaar elke dag’, zei Truus.
‘Dat lijkt mij volstrekt normaal’, vond Tiny.
‘Hoezo normaal?’, vroeg Bert.

‘Gewoon, Bert Jansen. Deze mensen zijn namelijk al jaren met elkaar getrouwd.’

‘Bert

Powered by WPeMatico

Share

Related Post

Leave a comment

Close
Please support the site
By clicking any of these buttons you help our site to get better