‘Kijk nou toch eens wat leuk’, riep mijn echtgenote enthousiast. We stonden voor een met hout opgetrokken kraampje op een kerstmarkt in Duitsland.
‘Ja hoor, enig’, zei ik ietwat afwezig want mijn aandacht werd getrokken door een meer dan verleidelijk reukspoor wat ergens op de markt werd geproduceerd en uiteindelijk bij mijn neus terecht kwam. De geur kwam onmiskenbaar van een bratwurst-stalletje en ik keek nerveus om mij heen op zoek naar de oorsprong. Bratwursten doen namelijk iets met mij. Ze zorgen ervoor dat mijn maag zich anders gaat gedragen. Hij draait, begint een rek en strekoefening en blijft dan met de ingang naar boven gericht schreeuwen om aandacht. ‘Vul mij, vul mij’, hoorde ik hem knorren.

‘Vind je het leuk?’, informeerde mijn echtgenote opnieuw. Ze stond nog steeds met het houten dingetje in haar vingers en de verkoopster tikte ongeduldig op het in elkaar geknutselde toonbankje.
‘Ja hoor, geweldig. Koop nou maar want dan kunnen we verder.’ Ik had helemaal geen zin in discussies rond een in mijn ogen totaal overbodig versiersel wat eerst ergens op de vensterbank zou belanden om vervolgens na kerst in de vuilnisbak te eindigen. Maar goed, ik zit iets anders in elkaar dan mijn echtgenote.
‘Vul mij, vul mij’, schreeuwde mijn lijf.
‘Heb je weer eens haast?’, vroeg ze geïrriteerd.
‘Nee hoor’, deed ik geruststellend.
‘Je klinkt heel raar’, zei ze.
‘Fünf Euro’, riep de verkoopster.
‘Bart, vijf euro’, vertaalde mijn echtgenote.
‘Vul mij, vul mij.’ Ik trok mijn portemonnee en stak hem meteen weer terug.
‘Laat mij dat prul nog eens bekijken?’, vroeg ik en graaide het uit haar handen.
‘Vijf euro? Dat is toch veel te veel voor zo’n beschilderde wasknijper?’
‘En je vond hem leuk!!’, zei ze.
‘Jawel, maar niet voor vijf Euro. Viel zu teuer’, riep ik naar de verkoopster. Ze kwam in beweging, trok het ding uit mijn vingers en zette het geïrriteerd terug tussen de rest van de prullaria.
‘Nou ja zeg, Bart, heb ik hier ook nog wat in te brengen? Ik wil dat ding.’
‘Schatje, het is troep. Het is slecht op het voetje gelijmd en de verf is nog nat.’ Ik begon overdreven met mijn vingers langs mijn broek te wrijven.
‘Vul mij… vul mij.’ Er borrelde nu ook een lichte boer.
‘We gaan’, besloot ik en trok haar mee.
‘En wat nu?’, vroeg ze nog steeds boos.
‘Eerst eten. Daarna kijken we nog wel naar iets leuks.’

Ik volgde het reukspoor richting bratwurstkraam….
‘Zwei Bratwurst mit ein Brötchen’, bestelde ik kwijlend.
‘Sieben Euro bitte.’ De man hield zijn hand gestrekt over de toonbank. Ik trok op theatrale wijze mijn portemonnee… ‘Shit, schat, ik heb maar vijf euro. Heb jij nog?’, vroeg ik.
‘Nee, jij bent kassier.’
‘Oké, jammer, dan kan ik er maar één kopen’, zei ik. Mijn maag boerde tevreden.
‘Ein Bratwurst ohne Senf, bitte’, riep mijn echtgenote.
‘Ohne Senf?’, vroeg ik verbaasd.
‘Ja, voor mij. Jij lust hem toch niet zonder mosterd?’

Bart

Copyright Brompot december 2017

Powered by WPeMatico

Share

Related Post

Leave a comment

Close
Please support the site
By clicking any of these buttons you help our site to get better