Hij was gejat. Onze fiets. Of beter gezegd de fiets van mijn eega. Hij stond achterin de tuin, bij het hek, maar op dat moment niet meer. Natuurlijk ga je dan eerst alle mogelijke medegebruikers af met de vraag of die hem wellicht ergens hadden laten staan en lopend naar huis waren gekomen.

Eigenlijk was dat een totaal onzinnige vraag want onze kroost zou het liefst nog per fiets naar het toilet gaan, laat staan vanuit het winkelcentrum vrijwillig naar huis lopen. Voorlopige eindconclusie: Gejat en ik raakte helemaal in de emotie.

Ik kan er namelijk slecht tegen dat mijn eigendommen zonder melding vóóraf verdwijnen. Ik kan heel moeilijk afscheid nemen van spullen. En zeker als dat onverwachts gebeurd. Dat blijkt een afwijking waar wellicht een psycholoog ooit een keer een plasje over moet doen.

Zo had ik onlangs nog een doosje met roestige spijkers in de hand waarbij mijn verstand riep dat ik ze moest wegmikken. Het doosje staat er nog. Dus toen ik de diefstal constateerde ben ik meteen op mijn eigen fiets gestapt en heb de hele buurt uitgekamd om hem weer zo snel mogelijk terug in de schuur te krijgen. Overigens tevergeefs.

Toen de politie gebeld maar ook de plaatselijke veldwachter kon niks voor mij betekenen. Ja, in de loop van de week maar even op het bureau langskomen om aangifte te doen. Maar dat zag ik als zinloos. Onze fiets stond dan vast al ergens op een Oost-Europese rommelmarkt te wachten op heling.

Omdat het me maar niet lekker kwam te zitten, ik sliep er zelfs slecht van, bleef ik de weken daarna ook steeds als een Sherlock Holmes om mij heen kijken of ik hem niet ergens zag. Je weet uiteindelijk maar nooit. En inderdaad, je weet maar nooit….

Ik zag hem rijden in de van Nispenstraat met op het zadel iemand die er niet op thuishoorde. Een behoorlijk forse man trapte met zichtbare moeite de trappers rond. Ik kneep in mijn remmen, draaide om, moest voor een paar bussen wachten die zich net op dat moment heel irritant aan de snelheid hielden, en scheurde er vervolgens achteraan.

Tja, en toen ontstond bij de T-splising aan de Plantsoenstraat een probleem: links af dan wel rechts af. Ik koos links en kwam er toen achter dat ik rechts had moeten afslaan. Ik was hem kwijt. Vervolgens nog even door de stad geknort, maar geen fiets meer aangetroffen. Hoe dan ook: zeer tot mijn geruststelling kon ik vaststellen dat hij nog in onze stad reed.

De definitieve bevestiging volgde op de zaterdagmiddag toen ik hem wederom in beeld kreeg. Nu strak voor de WIBRA in de stalling. Mijn echtgenote wilde hem meteen meenemen maar zo werkt dat nu eenmaal niet. De persoon in kwestie kan hem te goedertrouw hebben gekocht en dan heb jij een probleem…. Of niet… Het was wel een gok…

Ik heb de “nieuwe” fietstas en het kinderzitje er snel afgesloopt, heb hem onder het toeziend oog van omstanders in een flitsend tempo uit de stalling getrokken en voordat iemand het in de gaten had, stond hij veilig en wel achter de Veentjes in een afgesloten fietsenhok. Vervolgens bij de fotograaf op de hoek naar binnen gelopen en gevraagd of ik even mocht bellen. Mobieltjes lagen toen nog op de tekentafel. Kort daarna had ik een agent aan de lijn.

Nee, het was niet de bedoeling dat ik hem zelf zou meenemen. Nee, ik mocht er niet aankomen. Nee, ze hadden nu geen tijd om op wacht te staan. Nee, ik moest het even zelf met de “nieuwe” eigenaar afhandelen. Nee, ze deden niets in mijn richting zolang de “nieuwe” eigenaar geen aangifte deed.
‘Wat is uw naam ?’, vroeg hij.
‘Jansen’, zei ik snel en smeet de hoorn erop. Ik telde in totaal vijf keer “njet” en dat stond voor mij gelijk aan een “ja”.

Ik ben vervolgens snel naar huis gefietst om daar de auto op te halen. Toen ik echter een half uurtje later bezig was met het inladen kwam er een politieauto de hoek om. Hij stopte en draaide het raampje open.

‘Wat gaan we doen ?’, vroeg hij.
Ik wees op mijn vrouw. ‘Ze had een domme actie, sleuteltje verloren’. Hij knikte en dacht na .

‘Oké. We houden de boel een beetje in de gaten, er worden momenteel veel fietsen gestolen, vandaar. Wat is uw naam ?’. ‘Jansen’, zei ik. Hij trok een glimlach, sloot het raam en reed verder.

Twee weken later werd mijn eigen fiets gestolen en heb hem nooit meer teruggevonden.

Binnenkort gaat de psycholoog plassen. Gaat vast helpen.

Bart

copyright Brompot december 2016

Powered by WPeMatico

Share

Related Post

Leave a comment

Close
Please support the site
By clicking any of these buttons you help our site to get better