‘Ja, inderdaad, ik zei het al tegen mijn echtgenote: hij wordt nu echt oud’.
‘En hoe oud is oud dan precies ?’, informeerde ze.
‘Hij is nu vijftien. In september van dit jaar wordt hij dan zestien. Ons fijn gereformeerde hondje is namelijk van september 2001, hè Jop ?’. Ik gaf hem een aai over zijn bol.
‘Gereformeerd ? Hoezo ?’.
‘Zijn gedrag: hij heeft het achter zijn ellebogen. Achterbaks’.
‘Waar komt hij vandaan ?’.
‘Uit Putten, dat ligt midden op de Veluwse Biblebelt’.
‘O, vandaar. Toch kan zo’n Jack best oud worden, ik hoorde van een geval van zelfs boven de achttien’.
‘In dat geval kunnen we nog even’, lachte ik.

We stonden op een sombere zondagochtend op de weg aan de rand van mijn woonwijk bij het losloopweitje. Zij met haar bastaard, ik met mijn Jack Russel. Zij in een dikke winterjas, ik in een dunne fleece. Zij met een fruitig hoedje, ik met een verschoten pet.

‘Rijdt u motor ?’, informeerde ze.
‘Ja, klopt. Maar vanwaar deze vraag ? Is het te zien ?’, vroeg ik ietwat verbaasd.
‘Ja, dat kun je goed zien’.

Ik moest daar even toch even over nadenken.

‘Aan mijn postuur of zo ?’, probeerde ik na vijf tellen. Ik zag de relatie echt niet maar wellicht….
‘Uw pet’, lachte ze. Er staat “Yamaha” op’. Ik trok hem in een reflex van mijn hoofd en keek. Dat hoefde natuurlijk niet want ik wist drommels goed dat ik geen reclame liep voor de Josti-Band.

‘Ik vind dat altijd zó stoer, zo’n motor. Mijn man wil er niet aan maar ik zou het toch heel leuk vinden’.
‘Is uw man nog niet in de buurt van de midlife ?’, vroeg ik met een lach.
‘Pfft, daar is hij al lang geleden overheen gesprongen’. Ik proefde iets van een irritatie.
‘Daar waar normale mannen qua gedrag interessant en uitdagend worden, haakt hij altijd af. Wat dat betreft is het een saaie Piet hoor.

‘Maar u rijdt een eh… Yamaha dus. En bevalt dat ?’.
Tja, wat moest ik hier nu weer op antwoorden. “Hoe bevalt dat”, alsof het haar ene biet zou kunnen interesseren.
‘Ja hoor, prima”, besloot ik te antwoorden en deed dat.

‘Leuk’, zei ze.
‘Ja hè’, zei ik.
‘Ja’, zei zij.

Het werd even stil.

‘Dus uit Putten, heeft u iets met Putten ? Uw motor daar soms ook vandaan gehaald ?’.
‘God bewaar me’, lachte ik. ‘Nee, ik heb niks met Putten. Ik kreeg via een kennis een tip dat in Putten flink gefokt werd. Met Jack Russels’, haastte ik eraan toe te voegen.

Uiteindelijk stond ik hier met een keurige vrouw te praten. Als je nou met een ordinair ding staat te leuteren, dan kun je je nog wel eens een plat grapje laten ontvallen.

‘Hahaha, dat begrijp ik maar al te goed. Ik proef de smaak van de dubbele betekenis in een christelijke soepje’.

Ik moest een beetje lachen. Eigenlijk best wel een aardig mens. Mijn echtgenote vond haar een beetje hautain. Ook wel wat wereldvreemd. Wij bespreken nieuwe contactgevallen altijd tijdens het diner.

‘Dus een achterbaks hondje’, concludeerde ze. ‘Waar zijn ze trouwens ?’.
Ik keek verschrikt om mij heen. Normaal had ik hem aan de riem, maar op deze stille weg liet ik hem wel eens gaan. Plots zag ik hem. Zeg maar hun. Blijkbaar hielden ze op dat moment heel erg van elkaar en mijn Jop was doende de “daad” bij het gevoel te voegen.

Snel renden we de wei in en trokken ze van elkaar.

‘Weet u zeker dat hij uit Putten komt ?’, informeerde ze vrolijk.
‘Ja, heel zeker. Hoezo ?’.

‘Volgens mij doen ze dat daar met de gordijnen dicht. Uw hond bevestigd geenszins het Veluwse beeld van de christelijke zondag’.

Ze had daarin een punt.

Bart

Copyright Brompot Februari 2017

Powered by WPeMatico

Share

Related Post

Leave a comment

Close
Please support the site
By clicking any of these buttons you help our site to get better