Het is klaar. De leidingen zijn doorgeragd, de zaak stroomt weer als vanouds en met een dagelijkse bak pillen moet de uiterste houdbaarheidsdatum van dit lijf behoorlijk kunnen worden opgekrikt. Uiteraard heeft men er flink werk aan gehad maar dankzij allerlei technische hoogstandjes in combinatie met een enorme professionaliteit en liefde voor het vak heeft men de klus geklaard.

Uiteraard is het niet zo dat je nu je spullen in de tas kunt stoppen en het pand via de artiestenuitgang stiekem kunt verlaten. Zo gaat dat niet. De afgewerkte zorg gaat naadloos over in nazorg. En daarvoor mag je nog even langskomen bij de afdeling revalidatie. En wie denkt dat hij met een foldertje in de achterzak snel door kan lopen heeft het mis.

Ik kreeg op de valreep nog een lesje risicomanagement inclusief een paar verplichte vrijkaartjes voor een revalidatiebeurt. En uiteraard nog een boodschappenlijstje voor de apotheek die voor de komende vijfentwintig jaar een leuk extraatje binnen gaat hengelen. Ik val de komende jaren namelijk onder de categorie “grootgebruiker”.

Uiteraard zou dat normaal gesproken onderhandelingskansen bieden, maar bij onze zorgaanbieders is dat niet aan de orde. Die steken de kortingen, overigens met toestemming van de overheid liever in eigen zak.

Verder kreeg ik nog een afsluitend gesprekje met de cardioloog die mij nog eens extra op mijn “hart” drukte om voortaan vooral goed naar mijn lichaam te luisteren. Ze gaf me daarbij een veelbetekenende knipoog. Ik knipoogde terug en met een “wij snappen elkaar”, gaf ik haar een hand en sprak de sympathieke wens uit haar niet meer te zullen ontmoeten. Ik zag een glimlach.

En toen de volgende stap: ik nam afscheid van mijn medepatienten en in het bijzonder van mijn buur-tokkie. De man die ik een week-lang gratis training heb gegeven in sociale omgangsvormen oftewel de inburgeringscursus “hoe gedraag ik mij als een mens”.

Hij bleek overigens een vlotte leerling want na twee dagen al snapte hij dat hij ’s avonds na tien uur niet meer aan de telefoon moest schreeuwen en rond elf uur zijn stembanden uit moest schakelen. Hij drukte zich tegen mij aan en ik zag zelfs een traan. Hij vond mij een goed mens.

Ook mijn bejaarde overbuurvrouwen vonden het jammer dat ik weer vertrok maar wensten mij desondanks een lang en vooral gezond leven toe. Van mijn “knuffeloma” kreeg ik nog een laatste hoestbonbon en was ik klaar.

Samen met mijn echtgenote liep ik nog voor een laatste keer langs de verpleging. Ook daar nog wat bedankjes en lof-uitingen over de wijze waarop ze deze Brompot in het gareel hadden weten te houden.

En toen was het tijd voor het allerlaatste ritueel: Met een schaar werd mijn pols-navelstreng doorgeknipt en was ik volledig verantwoordelijk voor mijn eigen wel en wee.

Ik had mijn eigen regie weer terug en stopte hem direct diep weg in mijn geest. Het voelde als een overwinning op mijzelf..

Bart

Copyright Brompot April 2017

Powered by WPeMatico

Share

Related Post

Leave a comment

Close
Please support the site
By clicking any of these buttons you help our site to get better