‘Zeg schat, je hoeft echt maar een klein druppeltje afwasmiddel in het water te doen hoor. Dat is genoeg.’ Ze stonden samen af te wassen. Bert aan het teiltje en Truus met een theedoek in de aanslag wachtend op de zaken die uit het teiltje op het veel te kleine aanrechtje zouden worden gedeponeerd.
‘Dat is niet genoeg, Truus’, vond Bert. ‘Het schuimt voor geen meter. Ik doe er gewoon nog een drupje bij.’
Bert pakte de fles van het aanrecht en spoot een flinke straal.
‘Wat doe je nou??!!!’, riep Truus.
‘Ik kies altijd voor het ruime sop want zoals een bekend spreekwoord zegt: een afwas zonder sop is als een kip zonder kop.’
‘Inderdaad’, zei Truus. Je redeneert dan ook zo.’
‘Maar ik heb nu wel voldoende schuim.’ Met enige trots pakte hij een handje vol en blies het in de richting van Truus.
‘Toch heeft het wel wat, vind je niet?’, vroeg Bert. ‘Ik mis Miep Miele voor geen meter.’
‘Wat bedoel je?’
‘Dat handmatig afwassen vind ik heerlijk. Vooral die goede gesprekken die je dan onder elkaar hebt.’
‘O, is dat zo?’, lachte Truus. ‘En wanneer gaan die van ons beginnen?’
‘Nu, en jij trapt af. Goed?’ Hij keek haar aan.
‘Bert, wat ben je toch een heerlijke vent’, lachte ze. ‘En schiet eens een beetje op met die afwas. Je hebt nog niets gepresteerd.’
‘Hallo, wat ligt daar dan?’ Hij wees op een heuveltje sop. ‘Daaronder ligt een kopje.’
‘Daar kan ik nog niks mee. Teveel sop. Moet eerst uitlekken.’
‘Dan spoel je het toch af bij die andere bak?’, vond hij.
‘Ik wil trouwens morgen met Tiny naar Argelès. Aan de boulevard heb je een leuk boetiekje. Wij willen daar even neuzen.’
‘O’, riep Bert terwijl hij een lading bestek op het aanrecht kwakte. ‘Dan ga ik met Hans vissen. Dan hebben wij ook een keer een verzetje.’
‘Je doet maar. En vanmiddag wil ik even met mama bellen. Ze moest naar de dokter. Ben benieuwd hoe het is afgelopen.’
‘Wat heeft ze nu weer?’
‘Bert, zo praat je niet over mijn moeder. Ze is wat doof aan één kant. Ze gaan haar oren uitspuiten.’
‘Oké, nou ja, als ze dan toch bezig zijn’, lachte Bert.
‘Haha, wat flauw. En schiet eens een beetje op met die afwas.’
‘Ik weet trouwens niet wat er met dat sop aan de hand is. Er moet nu weer een drupje bij.’
Truus keek naar het teiltje. ‘Inderdaad’, stelde ze vast. ‘Het sop is weg.’
‘Ja, en weet je wat mij opvalt, schatje?’
‘Nou?’, vroeg Truus.
‘Iedere keer als wij een goed gesprek hebben, slaat het sop morsdood.’

Bart

Powered by WPeMatico

Share

Related Post

Leave a comment

Close
Please support the site
By clicking any of these buttons you help our site to get better